Advies: Top 5 Tips voor Beginnende Natuurfotografen

Wat is de beste manier om de natuur vast te leggen in beeld? Tijdens het Environmental Photography Festival in Zingst, Duitsland, ging het MPB-team in gesprek met Diana Klawitter, Mathias Faber, Sebastian Niendieker en Thilo Schröer. We vroegen hen naar hun beste tips én welke camera-uitrusting ze aanraden voor natuurfotografie. Natuurfotografie is een veelzijdig genre dat elementen van wildlife-, macro- én landschapsfotografie combineert. Dat betekent ook dat je technisch behoorlijk wat in huis moet hebben. Lees verder en ontdek hoe je jouw natuurfotografie naar een hoger niveau tilt—én laat je inspireren door het werk van Diana, Mathias, Sebastian en Thilo.

Welke camera-uitrusting heb ik nodig voor natuurfotografie?

Natuurfotografie omvat allerlei subgenres—van planten en dieren tot landschappen en macro-opnames. Wat je het beste kunt gebruiken, hangt dus af van wat jou het meest aanspreekt. Ben je gek op macrofotografie? Dan is een krachtige macrolens onmisbaar. Ook een stevig statief mag niet ontbreken, vooral als je haarscherpe close-ups wilt maken.

Moet ik een macro- of telelens gebruiken voor natuurfotografie?

Voor macrofotografie is een macrolens absoluut de beste keuze. Zoals je kunt zien in de foto van Diana Klawitter hierboven, zorgt een macrolens voor een prachtige onscherpe achtergrond (bokeh), terwijl de paddenstoelen op de voorgrond haarscherp blijven. Macrolenzen leggen onderwerpen vaak vast op een schaal van 1:1, soms 1:2—perfect voor close-ups met veel detail.

Met een telelens krijg je juist meer scherptediepte en kun je onderwerpen van een afstand dichterbij halen. Ideaal als je niet fysiek te dicht op je onderwerp wilt of kunt zitten. Of je nu kiest voor een macro- of telelens: een stevig statief helpt je om scherpe beelden te maken, zeker als je met langere sluitertijden werkt.

Moet ik een full-frame, APS-C of Micro Four Thirds camera gebruiken voor natuurfotografie?

Dat hangt helemaal af van wat je wilt fotograferen. Full-frame camera’s zoals de Sony A1 of de Canon EOS 5D Mark IV zijn ideaal voor het vastleggen van weidse landschappen. Ze zijn ook erg geschikt voor macrofotografie, omdat je met de kleinere scherptediepte je onderwerp mooi los kunt maken van de achtergrond.

APS-C camera’s, zoals de Fujifilm X-T4, hebben een cropsensor waarmee je je onderwerp als het ware dichterbij haalt. Dat is handig voor wildlife fotografie, zeker bij kleine of schuwe dieren. Daarnaast zijn APS-C camera’s meestal compacter dan full-frame modellen, wat handig is als je veel onderweg bent en meerdere lenzen meeneemt. Voor meer informatie, lees onze Fujifilm X-T4 review.

Micro Four Thirds camera’s, zoals de Panasonic DC-GH5, hebben de kleinste sensoren van de drie. Daardoor zijn ze wat minder geschikt voor landschappen, maar juist erg handig voor wildlifefotografie. Je kunt er namelijk lichtere en kleinere telelenzen op gebruiken, wat ideaal is als je mobiel wilt blijven.

Wil je meer weten over de beste camera’s voor wildlife? Check dan ons artikel met aanraders voor wildlife fotografie, ook als je op zoek bent naar iets betaalbaars.

Tips voor natuurfotografie

1. Maak een plan

Bedenk van tevoren wat je wilt vastleggen en check de weersvoorspelling. Zo weet je beter welke apparatuur je mee moet nemen. Gebruik ook tools zoals Google Earth om het gebied alvast digitaal te verkennen.

2. Breng alleen mee wat je nodig hebt

In het veld draait het om balans: je wilt genoeg bij je hebben, maar niet te veel sjouwen. Zoomlenzen zijn handig omdat je meerdere brandpuntsafstanden in één lens hebt—van groothoek tot tele. Vergeet ook geen extra geheugenkaarten en batterijen.

3. Gebruik het natuurlijke licht

Let op het moment van de dag. Tijdens golden hour krijgt alles een warme gloed, en in de vroege ochtend kun je dauwdruppels vastleggen. Licht maakt of breekt je beeld, dus speel ermee.

4. Houd je ISO zo laag mogelijk

Om ruis te voorkomen, fotografeer je idealiter met een lage ISO-waarde. In de natuur—denk aan donkere bossen—heb je vaak te maken met weinig licht. Een statief is dan ideaal: je kunt de sluitertijd vertragen zonder dat je hoeft op te schroeven naar een hoge ISO.

5. Pas de sluitertijd aan op je onderwerp

Natuurfotografie draait om een breed scala aan onderwerpen: van planten en bomen tot wilde dieren en vogels. Afhankelijk van hoe veel je onderwerp beweegt, pas je je sluitertijd aan.

Voor dieren in beweging kies je het best voor een zo kort mogelijke sluitertijd. Zo leg je de actie scherp vast. Bij macro-opnames van bloemen of stille zonsondergangen loont het juist om een statief te gebruiken en je sluitertijd te verlagen. Zo krijg je meer licht binnen en behoud je detail zonder bewegingsonscherpte.

Lees onze tips voor bosfotografie, of vind meer tips en technieken op onze MPB Blog.